afwezigheden

Lager onderwijs en leerplichtige kleuters
Leerlingen die ingeschreven zijn in een school en die leerplichtig zijn, moeten regelmatig aanwezig zijn in de school. Leerlingen die onwettig afwezig zijn (d.w.z. problematische afwezigheden die niet omgezet worden in gewettigde afwezigheden), verliezen het statuut van regelmatige leerling overeenkomstig het decreet basisonderwijs. Dit kan gevolgen hebben voor het verkrijgen en behouden van de schooltoelage alsook voor de toelating tot het eerste leerjaar. Ook kan dit tot gevolg hebben dat de betrokken leerling in het zesde leerjaar geen getuigschrift basisonderwijs kan krijgen en dat de school de betrokken leerling niet kan meetellen voor de personeelsformatie en de toelagen.

De regelgeving bepaalt in welke situaties leerplichtige kinderen gewettigd afwezig kunnen zijn en welke de verplichtingen van de ouders en de school zijn.

Op wie is de regelgeving van toepassing?
De regelgeving op afwezigheden is van toepassing op leerplichtige kinderen in het gewoon basisonderwijs. De regelgeving is ook van toepassing op leerlingen die, wegens verlengd kleuterschoolbezoek, op zesjarige leeftijd nog in het kleuteronderwijs zitten. Zij zijn op basis van hun leeftijd leerplichtig. Ook leerlingen die reeds op vijfjarige leeftijd zijn overgestapt naar het lager onderwijs vallen onder de reglementering.

 

Welke afwezigheden zijn gewettigd?

  • Ziekte:
    Is een kind méér dan drie opeenvolgende schooldagen ziek dan is steeds een medisch attest Dat attest kan afkomstig zijn van een geneesheer, een geneesheer-specialist, een psychiater, een tandarts, een orthodontist en de administratieve diensten van een ziekenhuis of een erkend labo.
    Consultaties (zoals bijvoorbeeld een bezoek aan de tandarts), moeten zoveel mogelijk buiten de schooluren plaatsvinden.Wanneer een kind een chronische ziekte heeft die leidt tot verschillende afwezigheden zonder dat telkens een doktersconsultatie noodzakelijk is (bijv. astma, migraine, …) is het goed contact op te nemen met de school en het CLB. Het CLB kan dan een medisch attest opmaken dat de ziekte bevestigt. Wanneer het kind afwezig is voor die aandoening volstaat dan een attest van de ouders.Een medisch attest wordt beschouwd als twijfelachtig in volgende gevallen :
    – het attest geeft zelf de twijfel van de geneesheer aan wanneer deze schrijft “dixit de patiënt”;
    – het attest is geantedateerd of begin- en einddatum werden ogenschijnlijk vervalst;
    – het attest vermeldt een reden die niets met de medische toestand van de leerling te maken heeft zoals bv. de ziekte van één van de ouders, hulp in het huishouden,…

    De school zal het CLB contacteren telkens ze twijfels heeft over een medisch attest.
    Voor ziekte tot en met drie opeenvolgende schooldagen volstaat een briefje van de ouders. Dergelijk briefje kan slechts vier keer per schooljaar door de ouders zelf geschreven worden.
    Hiervoor vindt u bijgevoegd 4 strookjes. Vanaf de vijfde keer is een medisch attest vereist.
    De ouders verwittigen de school zo vlug mogelijk en bezorgen ook het attest zo vlug mogelijk.

     

  • Van rechtswege gewettigde afwezigheden:
    In volgende situaties kan een kind gewettigd afwezig zijn. De ouders moeten een verklaring (voor pt 6) of een document met officieel karakter (voor pt 1 – 5) kunnen voorleggen ter staving van de afwezigheid. Voor deze afwezigheden is geen voorafgaand akkoord van de directeur nodig. De ouders verwittigen de school vooraf van dergelijke afwezigheden.
    1) het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van iemand die onder hetzelfde dak woont als het kind, of van een bloed- of aanverwant van het kind;
    2) het bijwonen van een familieraad;
    3) de oproeping of dagvaarding voor de rechtbank (bv. wanneer het kind in het kader van een echtscheiding moet verschijnen voor de jeugdrechtbank);
    4) het onderworpen worden aan maatregelen in het kader van de bijzondere jeugdzorg (bv opname in een onthaal-, observatie- en oriëntatiecentrum);
    5) de onbereikbaarheid of ontoegankelijkheid van de school door overmacht (bv staking van het openbaar vervoer, overstroming,…);
    6) het beleven van feestdagen die inherent zijn aan de door de grondwet erkende levensbeschouwelijke overtuiging van een leerling (anglicaanse, joodse, katholieke, orthodoxe, protestants-evangelische godsdienst). De katholieke feestdagen zijn reeds vervat in de wettelijke vastgelegde vakanties. De protestants-evangelische en de anglicaanse godsdienst hebben geen feestdagen die hiervan afwijken.
  • Afwezigheden waarvoor de toestemming van de directeur nodig is:
    Deze categorie afwezigheden verleent de school autonomie om in te spelen op specifieke situaties die niet altijd door de regelgeving op te vangen zijn. Indien de directeur akkoord is en mits voorlegging van, naargelang het geval, een officieel document of een verklaring van de ouders, kan de leerling gewettigd afwezig zijn om één van de onderstaande redenen:
    1) het overlijden van een persoon die onder hetzelfde dak woont als het kind of van een bloed- of aanverwant tot en met de 2e (Voor de dag van de begrafenis zelf is geen toestemming van de directeur nodig. Het gaat hier over een periode die het kind eventueel nodig heeft om emotioneel evenwicht terug te vinden). Mits toestemming van de directeur kan zo ook een begrafenis van een bloed- of aanverwant in het buitenland bijgewoond worden.

    2)
    het actief deelnemen aan een culturele of sportieve manifestatie, indien het kind hiervoor als individu of als lid van een club geselecteerd is. Het bijwonen van trainingen komt niet in aanmerking, wel bv. de deelname aan een kampioenschap/competitie. Het kind kan maximaal 10 halve schooldagen per schooljaar hiervoor afwezig zijn (hetzij achtereenvolgend, hetzij gespreid over het schooljaar).

    3)
    in echt uitzonderlijke omstandigheden afwezigheden voor persoonlijke redenen. Voor deze afwezigheden moet de directeur op voorhand zijn akkoord verleend hebben.
    – afwezigheden wegens topsport voor de sporten tennis, zwemmen en gymnastiek. Dit kan slechts toegestaan worden voor maximaal 6 lestijden per week, mits het vooraf indienen van een dossier met de volgende elementen:a) een gemotiveerde aanvraag van de ouders;
    b) een verklaring van een bij de Vlaamse sportfederatie aangesloten sportfederatie;
    c) een medisch attest van een sportarts verbonden aan een erkend keuringscentrum
    van de Vlaamse Gemeenschap.
    d) een akkoord van de directie.

    4
    ) de deelname aan time-out-projecten.  Voor sommige leerlingen is er geen andere oplossing dan hen tijdelijk te laten begeleiden door een externe gespecialiseerde instantie.Deze vijf categorieën van afwezigheden zijn geen automatisme, geen recht dat ouders kunnen opeisen. Enkel de directeur kan autonoom beslissen om deze afwezigheden toe te staan. De directeur mag onder geen beding toestemming geven om vroeger op vakantie te vertrekken of later terug te keren. De leerplicht veronderstelt dat een kind op school is van 1 september tot en met 30 juni.

Problematische afwezigheden:
Alle afwezigheden die niet opgesomd en gewettigd kunnen worden zoals hierboven beschreven zijn te beschouwen als problematische afwezigheden.
De school zal de ouders onmiddellijk contacteren bij elke problematische afwezigheid en deze afwezigheid melden aan het CLB. School en CLB zullen in communicatie met de betrokken ouders een begeleidingsplan opstellen voor de betrokken ouders en hun kinderen.
Van zodra het kind meer dan 10 halve schooldagen problematisch afwezig is stelt de school samen met het CLB een begeleidingsdossier op dat ter inzage is voor de verificateurs.

 

Niet-leerplichtige kleuters
In het kleuteronderwijs moeten afwezigheden, gelet op het feit dat er geen leerplicht is, niet gewettigd worden door medische attesten. Uit veiligheidsoverwegingen is het stellig aan te bevelen dat ouders de kleuteronderwijzer en/of directeur informeren omtrent de afwezigheid van hun kind.
(N.B. : uw kind is leerplichtig vanaf september van het jaar waarin het 6 jaar wordt)

 

Tijdelijk onderwijs aan huis
Als je kind 5 jaar of ouder geworden is voor 1 januari van het lopende schooljaar heeft het recht op tijdelijk onderwijs aan huis (4 lestijden per week), synchroon internet onderwijs of een combinatie van beiden, indien volgende voorwaarden gelijktijdig vervuld zijn:
1) de leerling is meer dan 21 kalenderdagen ononderbroken afwezig wegens ziekte of ongeval
(vakantieperiodes meegerekend);
2) de ouders hebben een schriftelijke aanvraag ingediend bij de directeur van de thuisschool;
3) de aanvraag is vergezeld van een medisch attest waaruit blijkt dat het kind de school niet of minder
dan halftijds kan bezoeken en dat het toch onderwijs mag volgen. ;
4) de afstand tussen de school (vestigingsplaats) en de verblijfplaats van betrokken leerling
bedraagt ten hoogste 10 km.

De directeur zal dan op zoek gaan naar een leerkracht om 4 lestijden per week onderwijs aan huis te geven. De school maakt afspraken met deze leerkracht om de lessen af te stemmen op de klas van het kind. De school kan in overleg met de ouders contact opnemen met de vzw Bednet. Dit biedt de mogelijkheid om van thuis uit via een internetverbinding live deel te nemen aan de lessen. De school en de ouders maken concrete afspraken over opvolging en evaluatie.

Voor chronisch zieke kinderen vervalt de wachttijd van 21 kalenderdagen. Deze kinderen hebben recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis na 9 halve schooldagen afwezigheid (moeten niet in een ononderbroken periode doorlopen). Telkens het kind daarop opnieuw 9 halve schooldagen afwezigheid heeft opgebouwd, heeft het opnieuw recht op 4 uur tijdelijk onderwijs aan huis.

Er moet bij de eerste aanvraag tijdens het betrokken schooljaar een medisch attest worden gevoegd, uitgereikt door een geneesheer-specialist, dat het chronisch ziektebeeld bevestigt en waaruit blijkt dat het kind onderwijs mag krijgen. Bij een nieuwe afwezigheid ten gevolge van deze chronische ziekte tijdens hetzelfde schooljaar is geen nieuw medisch attest vereist. Er dient wel een nieuwe aanvraag voor tijdelijk onderwijs aan huis ingediend te worden.

 

terug